Een oud, mysterieus boek komt via een erfenis in Droms handen terecht. Drom, een eenzaat, heeft een bijzondere aanleg voor oude talen. Wanneer hij de code van het wonderlijke boek tracht te breken, komen er kapers op de kust. Met name Dragan Peric, een psychopaat pur sang, heeft grote interesse. Hij weet dat het boek hem kan lanceren naar de top van de drugswereld, iets waarvan hij al lang droomt. Hij laat hierbij echter een spoor van geweld en onschuldige slachtoffers na. Wanneer inspecteur Van Leeuwen ontvoerd wordt, pakken er zich donkere wolken samen boven Plantijns moordteam en volgt er een rollercoaster waarin list en bedrog afwisselen met razernij en verraad. Hoofdinspecteur Plantijn is belast met het onderzoek. Hij en zijn team worden geconfronteerd met hun moeilijkste en meest hachelijke zaak ooit. Slaagt Peric in zijn opzet? Kan hoofdinspecteur Plantijn zijn team vrijwaren van onheil in zijn queeste naar de waarheid over dit boek? En wat zit er achter dit hele complot? De tijd dringt en levens kunnen worden gered.
Gijzeling in kamer 2.28 – Uitgeverij Brave New Books (2023)
In een krantenartikel las ik over het ‘schilderen’ van een Rembrandt door een computer. ‘Stel dat de software wordt gestolen, kan men dan niet van eender welk kunstwerk een kopie maken?’ was het uitgangspunt voor dit verhaal. Een gerenommeerd instituut ontwikkelt de nodige software, conform de technieken van de meester zelf, Rembrandt dus. Marit Horvat, een werknemer, wordt gechanteerd door een duo uit haar vaderland, Slovenië. Zij moet de software stelen. Iemand is haar echter voor en had er een moord voor over. Marit vlucht en is meteen verdachte nummer één. De Grave, een gepensioneerd inspecteur, nog steeds geboeid door de research naar moorden, verzeilt in het onderzoek wanneer hij in contact komt met Marit, haar patstelling inziet én haar tenslotte in bescherming neemt. Alles komt in een stroomversnelling wanneer blijkt dat de afpersers in het land zijn en er alles voor over hebben om hun doel te bereiken. Ondertussen is het voor Marit duidelijk wie de moord op zijn geweten heeft. Ze toont vanaf dan echter haar ware aard.